13 januari 2025

Voor u ligt onze periodieke nieuwsbrief MercerNieuws Pensioenfondsen

Met deze nieuwsbrief houden wij u op de hoogte van pensioenactualiteiten, ontwikkelingen in pensioenland en onze dienstverlening aan pensioenfondsen daaromtrent. De nieuwsbrief bevat korte berichten over de ontwikkelingen rondom het Pensioenakkoord, juridische updates en actuariële en beleggingen-gerelateerde onderwerpen. Uiteraard lichten wij deze nieuwsbrief ook graag nader aan u toe, bijvoorbeeld tijdens uw bestuursvergaderingen.

Met vriendelijke groet,

Hanneke Hofmans

Business Leader Pensioenfondsen

Reminder: Mercer Pensioenfondsenseminar op maandag 10 februari 

Op maandagmiddag 10 februari aanstaande vindt ons Pensioenfondsenseminar plaats. We beloven er een informatieve en interactieve middag van te maken die voor een groot deel in het teken zal staan van de transitie naar de Wet toekomst pensioenen.

Marc Heemskerk zal zijn ervaringen en inzichten over het nieuwe pensioenstelsel met u delen. De Wet toekomst pensioenen is ingevoerd. Zijn de beoogde verbeteringen nu bereikt? En wat vertellen we onze pensioenfondsdeelnemers? Een holistische beschouwing door onze Wtp-expert. 

Aansluitend aan de presentatie van Marc hebben we tijd ingepland voor uw vragen. Welk Wtp vraagstuk of casus zou u graag willen bespreken? U kunt uw input hiervoor doorgeven via deze link

We sluiten het inhoudelijke deel van de middag af met Pim van Diepen en Roel Mehlkopf. Zij zullen ingaan op Wtp lessen en visies vanuit hun kennis en ervaringen bij Cardano.

We zien u heel graag op 10 februari in Kasteel Woerden!  Reserveer hier uw plek. 

Vermogensverdeling via de standaardmethode 

Door: Marc Heemskerk

Terwijl besturen van pensioenfondsen proberen tot een evenwichtige verdeling van het vermogen te komen bij het invaren, wordt door verschillende groepen kritisch meegekeken. Aan het bestuur de taak om aan te geven dat de voorgestelde verdeling evenwichtig is en dat er in het nieuwe stelsel geen benadeling plaatsvindt. Veelgenoemde “benadeelde” groepen zijn slapers en pensioengerechtigden. In deze nieuwbrief lichten we toe waarom de standaardmethodiek voor hen doorgaans als voldoende evenwichtig gezien kan worden. Verschuiving van vermogen is dan niet noodzakelijk.

Het tekort voor de slapers zou volgen uit slechtweerscenario’s voor het verwachte pensioen en uit negatief netto profijt, dat met name bij jonge slapers kan optreden. Alvorens hierover een oordeel te vellen, is het belangrijk om te begrijpen waarom de uitkomsten zijn zoals ze zijn. Het gaat om een vergelijking van regelingen: de nieuwe Wtp-regeling versus de huidige FTK-regeling.

Negatieve uitkomsten betekenen dus niet dat het pensioen wordt verlaagd, maar dat de Wtp rekenkundig slechter uitpakt dan het FTK. Niet onlogisch, want in het huidige FTK-stelsel gaan de buffers (modelmatig) naar de jonge deelnemers vanwege het toekomstbestendig indexeren; we schuiven geld door naar de jongeren. Daarnaast wordt het beleggingsrisico nu beperkt. Daardoor vallen nu de gevolgen in slecht weer mee, met als keerzijde dat veel opwaarts potentieel bij het FTK blijft liggen, maar we kijken nu niet naar de mediaan en het goed weer-scenario. Is de genoemde achteruitgang bezwaarlijk? We wilden in het nieuwe stelsel toch juist eerder en meer kunnen indexeren en meer beleggingsrisico nemen op jonge leeftijd omdat dit gedragen kan worden, ook in slecht weer? Daarbij moeten alle scenario’s worden bekeken. Het mediaan- en goedweerscenario pakken voor slapers in het nieuwe stelsel veel beter uit.

Voor deelnemers zien de getoonde uitkomsten er vaak beter uit, maar er is toch echt sprake van gelijke behandeling met slapers, en dus evenwichtigheid. Het opgebouwde pensioen van € 100 van een slaper wordt exact hetzelfde behandeld als € 100 opgebouwd pensioen voor een deelnemer van dezelfde leeftijd. Inderdaad kan dan bij slecht weer een slaper -/- 20% als rekenkundige uitkomst krijgen en een deelnemer -/- 5%. We beschouwen immers het totaal pensioen dat voor slapers alleen het verleden betreft en voor deelnemers ook de toekomst erbij. En het opgebouwde pensioen is veel beweeglijker; er ontstaat volatiliteit vanaf dag één, waar toekomstig pensioen pas vanaf een toekomstige datum gaat ontstaan en bewegen. Maar in euro’s krijgen beide groepen dezelfde behandeling. Verschuiving van vermogen ten gunste van slapers is dan ook niet nodig. Hun verwachte pensioen bij mediaan en goed weer was al extreem goed en zou nog beter worden na verschuiving.

De tweede groep vermeend onderbedeelden zijn de pensioengerechtigden. Alle sommen geven desondanks voor deze groep een verbetering bij overgang aan, en die sommen hebben vanwege de korte termijn van pensioengerechtigden ook nog een redelijke voorspellende waarde. De vermeende onderbedeeldheid komt dan ook met name voort uit emotie. Ook voor deze groep is dan ook geen verschuiving van vermogen noodzakelijk.

Onze hoofdboodschap is om niet zomaar vermogen te verdelen op basis van tegenvallende uitkomsten van ingewikkelde sommen. Berekeningen van netto profijt en vervangingsratio’s zijn verplicht, maar helaas is de gebruiksaanwijzing niet meegeleverd. Met de standaardmethode hebben we mooi gereedschap gekregen van de wetgever, laten we dit dan ook gebruiken, het voldoet meestal wel. Wilt u toch afwijken? Zorg dan in ieder geval voor een goed verhaal. 

Update van veel gestelde vragen en antwoorden voor pensioenfondsen 

Door: Pavel der Kinderen 

Op “Werken aan ons pensioen” is een set met veel gestelde vragen en antwoorden gepubliceerd met betrekking tot pensioenregelingen die zijn ondergebracht bij pensioenfondsen. Een dergelijke set is ook opgesteld voor pensioenregelingen die zijn ondergebracht bij verzekeraars en PPI’s.
De antwoorden zijn opgesteld door de beleidsmedewerkers van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en, waar nodig, afgestemd met De Nederlandsche Bank. Aan de antwoorden kunnen geen rechten worden ontleend, aldus de website.
In december 2024 is deze set aangevuld met een aantal vragen en antwoorden over toepassing van de eerbiedigende werking.

Eén van de nieuwe vragen betreft de volgende:

Vraag:
Sociale partners, of werkgevers en werknemersvertegenwoordiging hebben een progressieve premieregeling ondergebracht bij een pensioenfonds (waaronder begrepen een algemeen pensioenfonds) en wil deze eerbiedigen. Voor zijn toekomstige werknemers moet hij een pensioenregeling volgens de Wtp met een vlakke premie hebben. Vanaf welk moment moet hij zijn nieuwe werknemers de pensioenregeling met een vlakke premie aanbieden?

Antwoord:
Om te voldoen aan de Wet toekomst pensioenen, moet de werkgever uiterlijk 1 januari 2028 een vlakke premieregeling hebben afgesloten, waarin nieuwe werknemers pensioen opbouwen. Zodra de regeling met een vlakke premie in werking is getreden, tussen nu en 1 januari 2028, vindt de opbouw voor nieuwe werknemers binnen de vlakke premieregeling plaats.

Overigens merken wij op dat de datum van 1 januari 2028 nog definitief moet worden. Thans loopt de transitieperiode nog tot uiterlijk 1 januari 2027.

Kamerbrief fiscale knelpunten wezenpensioen en vroegpensioen

Door: Pavel der Kinderen

Op 18 december 2024 heeft de staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit, Belastingdienst en Douane, een brief aan de Eerste en de Tweede Kamer aangeboden over de fiscale behandeling van ingegane wezenpensioenen, prepensioenen en vroegpensioenen op het moment van invaren.

Voor bijvoorbeeld ingegane wezenpensioenen geldt dat deze op grond van het overgangsrecht kunnen doorlopen tot uiterlijk de leeftijd van 30 jaar. Het nieuwe fiscale kader voorziet hier echter niet in. Hier is de uiterste leeftijd 25 jaar.  Omdat dit onwenselijke gevolgen heeft, wordt de fiscale wetgeving in lijn gebracht met de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling.

Vooruitlopend op wetgeving zal in het eerste kwartaal van 2025 een beleidsbesluit worden gepubliceerd dat terugwerkt tot 1 januari 2025. Vervolgens zal naar verwachting een wetswijziging per 1 januari 2026 in werking treden.

Uitbreiding standaardregel binnen de standaardmethode gepubliceerd

Door: Pavel der Kinderen

Vanaf 1 januari 2025 gelden er wijzigingen in de standaardregel, die gebruikt wordt binnen de standaardmethode. Een aantal pensioenfondsen komt met de huidige standaardregel namelijk niet tot een evenwichtige transitie. Met de voorgestelde wijzigingen in de standaardregel is het voor deze pensioenfondsen ook mogelijk om tot een evenwichtige transitie te komen. Deze oplossing is met pensioenuitvoeringspartijen in een uitgebreid traject tot stand gekomen.

Het doel van de voorgestelde aanpassing van de standaardregel is om het voor pensioenfondsen die zowel uitkeringsovereenkomsten als premieovereenkomsten uitvoeren mogelijk te maken om tot een evenwichtige transitie te komen.

De toepassing van de standaardregel is enerzijds gewijzigd voor pensioenfondsen die in één financieel geheel zowel uitkeringsovereenkomsten als premieovereenkomsten uitvoeren en anderzijds verduidelijkt voor pensioenfondsen die uitsluitend premieovereenkomsten uitvoeren. De wijzigingen zijn verwerkt in bijlage 2a van de Regeling Pensioenwet, behorend bij artikel 21, tweede lid Regeling Pensioenwet.

Voor de vba-methode is deze wijziging niet nodig, aangezien toepassing van de vba-methode duidelijk is ten aanzien van alle type pensioenovereenkomsten (uitkeringsovereenkomst, kapitaalovereenkomst en premieovereenkomst).

De aanpassing van de Regeling Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling is inmiddels gepubliceerd in de Staatscourant.

Belangrijke cijfers 2025

Belangrijke kengetallen voor de pensioenregelingen voor 2025 zijn inmiddels bekend. Wij zetten ze onderstaand voor u op een rij.

Minimale franchise middelloonregeling                18.475 euro
Minimale franchise eindloonregeling                   20.906 euro

Maximum pensioengevend loon                        137.800 euro
Maximum loon sociale verzekeringen                 75.864 euro

Afkoopbedrag klein pensioen                              613,52 euro
Over de auteur(s)
Hanneke Hofmans

Business Leader Pensioenfondsen

Related Solutions
    Related Insights
      Related Case Studies
        Curated